Na de terugtocht uit Oosterbeek bracht generaal Roy Urquhart op het hoofdkwartier van veldmaarschalk Montgomery verslag uit van het verloop van de strijd bij Arnhem en Oosterbeek.
De volgende ochtend, voor zijn vertrek uit het hoofdkwartier van Montgomery, zag Urquhart Montgomery uit zijn caravan komen. Hij zwaaide met een brief.
“Die wilde ik u nog geven”, zei hij tegen Urquhart.
Urquhart: “Het was een getypte brief, maar Monty zei dat hij het concept die ochtend zelf had geschreven.”
Gen-maj. R. E. Urquhart
Commt. 1e luchtlandingsdivisie
Het is mij een behoefte aan u persoonlijk en aan alle officieren en manschappen van uw divisie mijn waardering uit te spreken voor alles wat u bij Arnhem voor de zaak der geallieerden hebt gedaan.
Teven wil ik uitdrukking geven aan de bewondering en de bewondering van de gehele 21e Legergroep voor de buitengewone moed, die uw divisie bij de strijd tegen een grote overmacht op de noordelijke oever van de Nederrijn in Holland heeft getoond.
Het is aan geen twijfel onderhevig, dat operaties elders ernstig in gevaar zouden zijn gebracht, indien u had gefaald. U heeft niet gefaald en elders gaat alles goed.
Ik zou heel Engeland in kennis willen stellen van hetgeen u in uw laatste telegram uit het gebied om Arnhem hebt gezegd:
“Wij zullen alle maatregelen treffen om liever door te breken dan ons over te geven. Wij hebben ons uiterste best gedaan en zullen zo lang mogelijk ons best blijven doen.”
En dan zal heel Engeland tot u zeggen: u hebt uw best gedaan. Allen hebt gij gedaan wat van u werd verwacht. Wij zijn trots op u.
In de annalen van het Britse leger worden veel heldenfeiten vermeld. In ons Leger hebben wij altijd kracht en inspiratie geput uit tradities en ernaar gestreefd het verheven voorbeeld van hen die ons zijn voorgegaan te evenaren.
Maar weinig episodes kunnen zo roemrijk zijn als het heldendicht dat bij Arnhem is geschreven, en degenen die na u komen zullen het door u gestelde voorbeeld slechts met inspanning van al hun krachten kunnen evenaren.
Zolang wij in de legers van het Britse Rijk kunnen beschikken over officieren en manschappen die doen wat u heeft gedaan, zolang kunnen wij de toekomst inderdaad met het volste vertrouwen tegemoet zien.
In latere jaren zal het veel betekenen als iemand kan zeggen: “Ik heb bij Arnhem gevochten.”
Ik verzoek u mijn beste wensen en mijn hartelijke dank over te brengen aan alle officieren en manschappen van uw divisie.
B. L. Montgomery
Te velde.
Brief van generaal Eisenhower
Ook generaal Eisenhower, opperbevelhebber van de geallieerde troepen in West-Europa, schreef na de Slag om Arnhem een brief aan generaal Urquhart om hem en zijn divisie te bedanken voor hun inzet. Lees verder…
