Wanneer gesproken wordt over de Duitse bevelhebbers die verantwoordelijk waren voor de geallieerde nederlaag bij Arnhem gaat het vaak over veldmaarschalk Walter Model en generaal Wilhelm Bittrich. Minder aandacht is er voor Obersturmbannführer Walter Harzer. Toch waren het de troepen van Harzer die uiteindelijk de Britse Airborne Divisie wist te verslaan.
Harzer gaf als Obersturmbannführer (kolonel) leiding aan de 9e SS Pantserdivisie Hohenstaufen. Door veldmaarschalk Walter Model was Harzer aan het begin van operatie Market Gaden aangewezen om met zijn divisie, aangevuld met versterkingen, de Britten bij de Rijnbrug in Arnhem en in Oosterbeek te verslaan.
Bij de start van Market Garden had Walter Harzer vrijwel geen ervaring als bevelvoerend commandant. Hij was slechts kort daarvoor benoemd als commandant van de 9e SS Pantserdivisie. Maar vanuit Duits standpunt gezien haalde Harzer tijdens de gevechten bij de Slag om Arnhem een glorieuze overwinning. Door de Duitse legerleiding werd hij na de Slag om Arnhem beloond met het Ridderkruis.
Frankrijk
Met zijn 32 jaar was Walter Harzer een jonge commandant. Harzer was voor het grootste gedeelte van de oorlog als stafofficier actief geweest, maar in augustus 1944 kreeg hij de leiding over de 9e SS Pantser Divisie.
De 9e SS Pantser Divisie bevond zich op dat moment in Frankrijk en was bezig aan een chaotische terugtocht nadat Britse en Amerikaanse troepen bij Falaise veel Duitse troepen omsingeld en vernietigd hadden. Ook de 9e SS Pantserdivisie liep zware klappen op. Vrijwel alle tanks van de divisie werden door de geallieerden vernietigd. Nadat de commandant van de divisie was gesneuveld, werd Harzer benoemd tot commandant.
De eerste taak die Harzer kreeg was om zijn gehavende divisie terug te trekken naar het noorden om aan omsingeling door de geallieerden te ontkomen. Daarbij raakte Harzer zelf met een deel van zijn hoofdkwartier ingesloten achter de Amerikaanse linies. Door middel van een truc wist hij door de Amerikaanse frontlinie heen te glippen.
In het donker wist de colonne van Harzer vrije doorgang te krijgen door een paar Duitse soldaten op de weg te plaatsen. Met rode lichtsignalen hield die oprukkende Amerikaanse colonnes tegen, terwijl de Duitse colonne op die manier vrije doortocht kreeg.
Luchtlandingen
De gehavende 9e en 10e SS Pantserdivisie werden daarna teruggetrokken ten noorden van Arnhem op de Veluwe om uit te rusten en opnieuw uitgerust te worden. Bij het begin van operatie Market Garden bevonden onderdelen van de divisies zich in Dieren, Zutphen, Apeldoorn en Brummen.
Het sterkste onderdeel van de 9e SS Pantser Divisie, de SS Panzer Auklärungs Abteilung 9, bevond zich op zondag 17 september bij Hoenderloo. Walter Harzer was bij deze troepen toen de luchtlandingen begonnen om aan de commandant van de eenheid, Hauptsturmführer Viktor Gräbner het Ridderkruis uit te reiken.
Harzer: “Bij de verlening van het Ridderkruis werden de eerste landingen van parachutisten en zweefvliegtuigen waargenomen. Hieruit kon nog niet geconcludeerd worden dat het hier ging om een grote actie. We genoten dan ook in alle rust van ons etentje.”
Dat veranderde even later toen er door het Duitse hoofdkwartier alarm werd geslagen. Harzer gaf meteen aan Gräbner bevel om met zijn eenheid van 500 man en 40 pantservoertuigen op te rukken naar Arnhem en Wolfheze. Zelf reed hij terug naar zijn hoofdkwartier in Beekbergen om alle eenheden van de divisie naar de landingsplaatsen te sturen.
Veel ervaren Duitse eenheden hadden inmiddels zelf al het initiatief genomen om in actie te komen en waren op dat moment al onderweg.
Ondertussen had Harzer van generaal Bittrich, zijn directe baas, ook het bevel gekregen om de Britten te stoppen:
“De divisiegroep Harzer verzamelt zich in het gebied Velp en bereidt zich zodanig voor dat vanuit Velp een aanval gedaan kan worden op de ten westen van Oosterbeek gelande vijand.”
Door de snelle reactie van de troepen van Harzer, hadden de Duitsers aan het begin van de avond op zondag 17 september 1944 al een verdedigingslinie die grofweg vanaf de Amsterdamseweg ten noorden van Oosterbeek liep naar Mariëndal in het oosten, en van daaruit via Heijenoord en Lombok naar het zuiden.
Alleen de directe omgeving van het Elisabeth Gasthuis en de Onderlangs werden op dat moment nog niet door Duitse troepen verdedigd. Het is hier dat het 2e bataljon onder leiding van John Frost in de richting van de Rijnbrug kon glippen.
Maar door de razendsnelle reactie van de onderdelen van Harzers divisie, was de Britse opmars in de richting van Arnhem al een paar uur na de luchtlandingen tot staan gebracht.
Staakt het vuren
In de dagen die volgden rekende de 9e SS Pantser Divisie af met de Britten bij de Rijnbrug, en werd de Britse hoofdmacht teruggedreven tot Oosterbeek. Dankzij de pantserversterkingen en de extra artillerie en mortieren die Harzer had gekregen, lukte het de Duitse troepen bij Oosterbeek geleidelijk om de Britse weerstand in Oosterbeek te breken.
Op zondag 24 september kreeg Harzer een Brits bericht onder ogen dat door een Duitse luisterpost was onderschept. In het radiobericht meldden de Britten in Oosterbeek dat de verbandposten overvol waren met gewonden en dat de medische voorraden waren uitgeput.
Harzer gaf het bericht aan Dr. Egon Skalka, die aan het hoofd stond van de medische afdeling van de 9e SS Pantser Divisie. “Hier. Dit is iets voor jou.”
Skalka reed daarop met een rode kruisvlag op zijn auto naar Oosterbeek, waar hij met de Britse arts kolonel Warrack een staakt het vuren afsprak om de Britse gewonden af te voeren. Harzer gaf onmiddellijk toestemming voor het staakt het vuren toen Skalka terugkeerde. Ook generaal Bittrich gaf toestemming.
Om 15.00 uur op zondag 24 september ging een twee uur durend staakt het vuren in. Met ambulances, auto’s en ander transport dat door de Duitsers geregeld was, werden 450 gewonden, zowel Brits als Duits, afgevoerd.
Harzer en Bittrich kregen die avond van veldmaarschalk Walter Model een uitbrander toen Model op de hoogte werd gebracht van het staakt het vuren: “Wat haalden jullie je in godsnaam in je hoofd?”
De strijd in Oosterbeek bevond zich op dat moment al in een eindfase en in de nacht van 25 op 26 februari trokken de Britten zich terug over de Rijn. De Slag om Arnhem was voorbij.
Jeep
Kolonel Harzer werd na de gevechten beloond met het Ridderkruis, maar een grotere trofee voor Harzer was een buitgemaakte jeep die door de Britten was achtergelaten.
Harzer, een groot autoliefhebber, moest de jeep tot zijn grote spijt al snel na de Slag om Arnhem inleveren bij de Duitse legerleiding.
“Ik kreeg kort na de gevechten het bevel van het opperbevel om de jeeps die we hadden buitgemaakt in te leveren. Ik weigerde en zei dat bijna al onze voertuigen vernietigd waren. Bovendien hadden wij ze veroverd. Toen kreeg ik andere voertuigen in ruil. Maar de jeeps waren beter.”
Na de Slag om Arnhem werd Harzer tijdelijk benoemd tot chef-staf van het 5e SS Freiwilligen Gebirgskorps, maar kort daarna kreeg hij het commando over de 4e SS Polizei Panzergrenadier Divisie. Harzer gaf zich met de divisie op 8 mei 1945 over aan de Amerikanen.
Na de oorlog heeft Walter Harzer nauwgezet verslag gedaan over de Duitse inzet tijdens de Slag om Arnhem. Hij correspondeerde jarenlang met de Nederlandse amateur-historicus Theodoor Boeree en sprak uitvoerig met Cornelis Ryan voor het boek ‘A Bridge too Far’.
Vanuit Britse zijde is er altijd veel waardering geweest voor het initiatief van Harzer om de gewonden in Oosterbeek af te voeren. In 1980 ontving Walter Harzer een bedankbrief van de Britse generaal Roy Urquhart.
“Er moeten nog veel Britse ex-soldaten in leven zijn door uw humane beslissing om Britse gewonden af te voeren naar het Elisabeth Gasthuis in Arnhem gedurende het tamelijk ongewone staakt het vuren op 24 september 1944. Ik dank u daarvoor.
Mag ik ook zeggen dat ik groot respect had en heb voor de kwaliteiten van uw oude divisie!”
Walter Harzer overleed op 69-jarige leeftijd op 29 mei 1982.