Het is een opmerkelijk document dat na de Tweede Wereldoorlog opdook: een kort bedankbriefje van SS-Reichsführer Heinrich Himmler aan Sturmbahnführer (majoor) Sepp Krafft. In het briefje van januari 1945 spreekt Himmler zijn waardering uit voor de inzet van Krafft tijdens de Slag om Arnhem.
“Mein lieber Krafft!”, schrijft Himmler. “Heel erg bedankt voor uw brief van 10 januari en het uitstekende werk over de goede inzet van het SS-Panzer-Grenadier Depot en Reserve Bataljon 16 tijdens de gevechten om Arnhem. U en uw regiment mijn hartelijke groeten. Heil Hitler!”
Het briefje werd na de Tweede Wereldoorlog gevonden als bijlage bij een verslag dat Krafft direct na de gevechten bij Arnhem schreef. In het opgeblazen verslag beschrijft Krafft hoe hij en zijn mannen heldhaftig direct na de luchtlandingen bij Wolfheze de hele 1e Britse Airborne Division de toegang tot Arnhem ontzegden.
Krafft was commandant van een SS-bataljon in opleiding dat als verdedigingseenheid was toegevoegd aan het hoofdkwartier van veldmaarschalk Walter Model in Oosterbeek. Juist op het moment van de luchtlandingen was Krafft met zijn mannen aan het oefenen in de bossen van Oosterbeek.
Krafft realiseerde zich meteen dat de Britse para’s geland waren om de bruggen over de Rijn bij Arnhem te bezetten. Krafft aarzelde geen moment. Hij informeerde direct het hoofdkwartier en om 13.40 uur, nog voordat de Britse hoofdmacht bij de dropzones was aangekomen, ging hij met zijn mannen in stelling langs de Amsterdamseweg en de Utrechtseweg: de twee meest logische routes richting Arnhem.
Krafft had weliswaar niet heel veel soldaten, slechts 400 man, maar hij had wel de beschikking over zware wapens. Bovendien waren zijn mannen inmiddels goed ingegraven op het moment dat de Britten optrokken in de richting van Arnhem. Daardoor was Krafft urenlang in staat de Britse opmars naar Arnhem tegen te houden.
Aan het begin van de avond trok Krafft zich terug, maar tegen die tijd was aan de westkant van Arnhem al een nieuwe sperrlinie opgezet door troepen van de 9e SS-pantserdivisie, de Gruppe Spindler. Hierdoor slaagde alleen het bataljon van John Frost er in om de Rijnbrug te bereiken. De twee andere Britse bataljons die optrokken naar Arnhem werden tussen Arnhem en Oosterbeek tegengehouden.
Ridderkruis
Sepp Krafft, een onvervalste nazi met een enorme eigendunk, vond dat hij vanwege zijn inzet tijdens de Slag om Arnhem onderscheiden moest worden met het Ridderkruis. Om dat voor elkaar te krijgen schreef hij een gloedvol verslag waarin hij zijn eigen daden flink aandikte. En dat verslag stuurde hij meteen naar de hoogste baas van de SS.
Na het einde van de oorlog kwam dit verslag terecht bij de Britse inlichtingendienst, die er verder niets mee deed en het cadeau deed aan generaal Hackett. Hackett op zijn beurt gaf het verslag begin jaren vijftig aan de Nederlandse amateur-historicus Theodoor Boeree. Boeree was de eerste die na de oorlog probeerde de gebeurtenissen bij Arnhem nauwgezet te reconstrueren.
In vrijwel alle boeken die over de Slag om Arnhem geschreven zijn, wordt informatie gebruikt die door Theodoor Boeree direct na de oorlog boven water is gehaald.
Boeree vond Krafft (terecht) een enorme blaaskaak en had maar weinig waardering voor het verslag.
“De bewering van Krafft dat hij de Engelschen door zijn optreden heeft gedwongen ver naar het noorden en zuiden uit te wijken, met voor de Engelschen noodlottige vertraging en uiteindelijke mislukking, is een doelbewuste vervalsching van de feiten.”
Wel concludeert Boeree:
“Het rapport van Krafft is alleen bruikbaar als hij het heeft over zijn eigen optreden. En dat doet hij grondig met keurige schetsen.”
Boeree verbaast zich erover dat Krafft het verslag direct naar de hoogste baas van de SS gestuurd heeft. Binnen de militaire hierarchie geeft dat geen pas, vindt Boeree.
“Hoe is het mogelijk dat Krafft het waagde deze onzin aan de hoogste Duitsche autoriteiten voor te zetten. In plaats van door de mand te vallen, wordt hij bewonderd door niemand minder dan Heinrich Himmler!”
Wat Boeree waarschijnlijk niet wist, is dat Himmler en Sepp Krafft elkaar persoonlijk kenden. In 1943 was Krafft een tijd lang veiligheidsofficier in de persoonlijke staf van Himmler op zijn hoofdkwartier, de Feldkommandostelle Hochwald in Oost-Pruisen.
Toch heeft het overdreven verslag van Krafft hem niet geholpen aan zijn zo vurig gewenste Ridderkruis. Hoewel Krafft door generaal Harzer, de commandant van de 9 SS-Pantser Divisie, na de Slag om Arnhem wel werd voorgedragen voor een onderscheiding, is deze voordracht om onduidelijke redenen door hogerhand afgewezen.